Jan van Nassaustraat 21, 2596 BL Den Haag
Ma – Vr 8:30 – 17:30
post@driessenaccountancy.nl

Wie fout advies zaait, zal vergrijpboete oogsten

Wanneer een belastingplichtige van zijn adviseur te horen krijgt dat hij hypotheekrente mag aftrekken, kan aan dit advies geen vertrouwen worden ontleent als aan die adviseur verkeerde informatie is verstrekt. Het gevolg is dan dat de belastingplichtige een vergrijpboete riskeert voor het ten onrechte aftrekken van hypotheekrente.

Een echtpaar bewoont en huurt een woning. Aanvankelijk is de broer van de man de verhuurder, maar later is het de dochter van de echtgenoten die hen de woning verhuurt. De echtgenoten zijn geen eigenaar van de woning en hebben evenmin een recht van vruchtgebruik. In 2004 komt de dochter die de woning verhuurt ook in het pand wonen. Zij laat op het perceel van de woning een vrijstaande garage verbouwen tot zelfstandige woning om daarin te gaan wonen. Deze garage heeft geen eigen huisnummer. De dochter financiert de verbouwing met een hypotheek, waarvoor haar ouders borg staan. Maar het is wel de dochter die de hypotheekrente betaalt. Zij verhuist in 2009, waarop haar zus in de verbouwde garage gaat wonen. Al die tijd blijft de verhuisde dochter de hypotheekrente betalen.
De man vraagt in 2013 op een gratis advieswebsite of een vruchtgebruiker die tevens bewoner en medehypotheekhouder is de hypotheekrente kan aftrekken. Hij krijgt als antwoord dat de hypotheekrente aftrekbaar was. De man stuurt dit advies door naar een administratiekantoor dat zijn belastingaangiftes indient. Hoewel dit kantoor eerst heeft verklaard dat de man geen hypotheekrente kan aftrekken, trekken de medewerkers van dat kantoor in de aangiftes IB/PVV 2012 tot en met 2015 de hypotheekrente af. In 2018 krijgt de man echter navorderingsaanslagen inclusief vergrijpboete opgelegd. De Belastingdienst meent namelijk dat de man opzettelijk en ten onrechte hypotheekrente heeft afgetrokken. De man tekent beroep aan tegen de navorderingsaanslagen. Hij stelt voor Rechtbank Noord-Nederland onder meer dat bij hem te eerbiedigen vertrouwen is opgewekt dat hij de hypotheekrente kan aftrekken.
De rechtbank redeneert dat de man en zijn echtgenote niet de economische eigenaar van de woning zijn en ook geen recht van vruchtgebruik hebben. Deze omstandigheid staat de hypotheekrenteaftrek al in de weg. Vervolgens wijst de rechtbank het beroep op opgewekt vertrouwen af. De man maakt niet aannemelijk dat een overheidsinstantie een uitlating heeft gedaan die bij hem vertrouwen heeft opgewekt. Een verwijzing naar de uitspraken van de internetadviseur helpt de man evenmin. De internetadviseur heeft dat advies immers gebaseerd op de suggestie van de man dat hij de vruchtgebruiker van de woning is. Vervolgens heeft de man met dit onjuiste advies het administratiekantoor onjuiste aangiftes laten indienen. Een boete is hier gepast, al moet wel een matiging plaatsvinden vanwege een overschrijding van de redelijke termijn.

Bron: Rb. Noord-Nederland 06-08-2021