Jan van Nassaustraat 21, 2596 BL Den Haag
Ma – Vr 8:30 – 17:30
post@driessenaccountancy.nl

Bouwterrein kan nutteloze fundering hebben

De aanwezigheid van een oude fundering en riolering, die snel te verwijderen zijn en de nieuwe bebouwing niet dienen, maakt van grond geen bebouwde grond.

Een gemeente bezit een voormalige recreatieterrein waarop diverse onroerende zaken staan. Het betreft hoofdgebouwen, houten garages, toiletgebouwen, wegen en circa vijftig vrijstaande stenen recreatiewoningen met fundering en riolering. Tot medio 2007 is het recreatieterrein als asielzoekerscentrum gebruikt. De gemeente sluit op 6 december 2007 met een woningstichting een koopovereenkomst. Deze overeenkomst houdt kort gezegd in dat de woningstichting de voor woningbouw uitgeefbare kavels en vier voor openbare bostuin bestemde middengebieden koopt. De koopsom omvat onder andere een bijdrage voor de aanneemsom die de gemeente de woningstichting moet betalen voor het bouw- en woonrijp maken van het openbaar gebied. Het uitgangspunt is dat de gemeente de percelen in de huidige staat met bebouwing levert. Maar in 2014 ontbinden de partijen formeel de koopovereenkomst. De gemeente zal meewerken aan de rechtstreekse verkoop en levering aan de kopers. De opstallen worden gesloopt, maar de fundering en riolering blijven achter.

Eenvoudig te verwijderen fundering De gemeente levert diverse terreinen vrij van omzetbelasting. De inspecteur is het daar niet mee eens, omdat hij meent dat bepaalde terreinen kwalificeren als bouwterrein. Het geschil dat voor Hof Arnhem-Leeuwarden belandt, ziet op 18 percelen. Op 16 van deze percelen bevonden zich op het moment van levering slechts delen van de fundering en riolering. Op de andere twee percelen maakten de fundering en riolering slechts 12% respectievelijk 13% uit van het totaal. Bovendien bestonden de funderingen uit betonnen platen die eenvoudig en snel waren te verwijderen. Ook de riolering was eenvoudig te verwijderen. De betonnen platen en riolering konden evenmin dienstbaar zijn aan de nieuwe bebouwing. Daardoor konden zij niet de functie van gebouw vervullen en kwalificeerde de percelen als bouwterrein.

Bron: Hof Arnhem-Leeuwarden 20-02-2024 (gepubl. 1-03-2024).