Stelselwijziging PEB voorkomt verliesverdamping
Het blijkt dat bv’s die een pensioen in eigen beheer hadden, verliesverdamping konden voorkomen door over te schakelen naar het omslagstelsel.
Een bv kent pensioenrechten toe aan haar bestuurder en enig werknemer, die ook 0,5% van de aandelen in de bv houdt. Een stichting heeft de resterende 99,5% van de aandelen. Op 1 januari 2016 staat bij de bv € 666.946 aan nog te verrekenen verliezen uit 2007 open. Deze verliezen zijn in 2016 voor het laatst te verrekenen. Dat jaar geeft de bv een negatieve pensioenlast op van € 369.543. Deze negatieve pensioenlast bestaat uit het afboeken van de pensioenvoorziening per 1 januari 2016 omdat de bv overgaat op het omslagstelsel. De bv wil de negatieve pensioenlast verrekenen met een deel van haar openstaande verliezen. Terwijl de inspecteur meent dat de stelselwijziging fiscaal gezien niet is toegestaan, denkt Hof Arnhem-Leeuwarden daar anders over.
Het hof merkt ten eerste op dat de stelselwijziging niet in een incidenteel fiscaal voordeel resulteert. Daarna stelt het hof vast dat de stelselwijziging in overeenstemming is met het goedkoopmansgebruik. Hierbij is van belang dat het hof het omslagstelsel ziet als een aanvaardbaar financieringsstelsel. Onder dit stelsel passiveert men geen pensioenverplichting, zodat de fiscale waarderingsregel van pensioenverplichtingen niet geldt. Dat de bv geen rekenrente van 4% hanteert, vormt dus geen probleem. Het hof verklaart daarom het hoger beroep van de bv gegrond.
Bron: Hof Arnhem-Leeuwarden 23-11-2021 (gepubl. 03-12-2021)