Meer tijd voor administratieve verplichtingen WAB
Werkgevers krijgen meer tijd om aan de administratieve verplichtingen van de WAB te voldoen. Om te voldoen aan de verplichtingen voor de lage premie WW, krijgen ondernemers respijt tot 1 april 2020.
Een van de maatregelen uit de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) is een premiedifferentiatie naar arbeidsovereenkomst voor de WW. Deze premiedifferentiatie komt in de plaats van de huidige differentiatie naar sector. Straks geldt een lage WW-premie (2,94%) voor arbeidsovereenkomsten voor onbepaalde tijd (mits geen oproepovereenkomst). In andere gevallen – met uitzondering van enkele specifieke uitzonderingen – geldt een hoge premie (7,94%).
Om voor de lage premie in aanmerking te komen is vereist dat bij de salarisadministratie een door beide partijen ondertekende schriftelijke arbeidsovereenkomst wordt bewaard, waaruit blijkt dat er sprake is van een overeenkomst voor onbepaalde tijd.
In de praktijk is het vaak gebruikelijk dat als na een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd een overeenkomst voor onbepaalde tijd wordt aangegaan, geen nieuwe arbeidsovereenkomst wordt opgemaakt. Vaak wordt volstaan met een bevestiging per brief of e-mail. Hierdoor beschikken veel werkgevers niet over een door beide partijen ondertekende schriftelijke arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Deze zou dan alsnog moeten worden opgemaakt en ondertekend. Om deze administratieve last te beperken is al toegestaan dat een geheel nieuwe arbeidsovereenkomst niet noodzakelijk is, maar dat ook een door werkgever en werknemer ondertekende addendum op de arbeidsovereenkomst voldoende is.
Omdat werkgeversorganisaties hebben aangegeven dat niet alle werkgevers in staat zullen zijn per 1 januari 2020 aan de verplichting van een ondertekende arbeidsovereenkomst of addendum op de arbeidsovereenkomst te voldoen, geeft minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid werkgevers respijt tot 1 april 2020. Werkgevers mogen de lage WW-premie afdragen, ook als de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd (geen oproepovereenkomst) nog niet schriftelijk is vastgelegd, of als de arbeidsovereenkomst of het addendum nog niet door beide partijen is ondertekend. Bij de loonaangifte kan de werkgever bij de indicatierubriek ‘schriftelijke arbeidsovereenkomst’ gewoon ‘ja’ invullen. Deze coulance geldt alleen voor arbeidsovereenkomsten van werknemers die voor 1 januari 2020 in dienst zijn getreden; voor andere arbeidsovereenkomsten geldt de coulance niet.
Let op: als voor 1 april 2020 niet aan het vereiste van een ondertekende arbeidsovereenkomst of addendum wordt voldaan, is de werkgever alsnog met terugwerkende kracht tot 1 januari 2020 de hoge WW-premie verschuldigd.
Bron: Min SZW 9-12-2019, 2019-0000170333