Geen eigenwoningvrijstelling door al gebruikte vrijstelling
Als de eenmalig verhoogde schenkvrijstelling al is gebruikt, kan de eigenwoningvrijstelling alleen worden gebruikt als een inhaalschenking mogelijk is. Die is voor 2018 niet mogelijk.
Een vrouw doet in 2010 een beroep op de eenmalig verhoogde schenkvrijstelling in verband met een schenking van haar ouders van € 24.000. In 2018 ontvangt zij schenkingen van haar ouders van € 5.353 en € 48.600, in totaal € 53.953. Zij doet een beroep op de eenmalig verhoogde vrijstelling ten behoeve van de eigen woning, die op dat moment € 100.800 bedraagt. De inspecteur weigert toepassing van de eigenwoningvrijstelling, maar kent uiteindelijk wel de schenkvrijstelling toe voor de € 5.353 (de maximale ‘normale’ verhoogde vrijstelling).
Eigenwoningvrijstelling niet van toepassing Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de schenkvrijstelling voor de eigen woning terecht is geweigerd. Het staat vast dat de vrouw volgens de wettekst geen recht heeft op de vrijstelling omdat zij de verhoogde vrijstelling al eerder heeft genoten. De inspecteur heeft gewoon de wet toegepast, dus er is geen sprake van een schending van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Er kan geen vertrouwen worden ontleend aan het feit dat de broer van de vrouw wél de eigenwoningvrijstelling kon toepassen. Het ging daar om een schenking in 2014, waarvoor een zogenoemde inhaalschenking mogelijk was. In 2018 bestond die mogelijkheid niet (meer), en de wetgever kon er voor kiezen om geen inhaalschenking toe te staan in het geval van de vrouw. De rechtbank kan de vrijstelling ook niet toekennen op grond van de redelijkheid en billijkheid.
Bron: Rb. Zeeland-West-Brabant 16-05-2023 (gepubl. 02-06-2023)